Op Witte Donderdag 24 maart keerde het tabernakel na paar maanden restauratie in de Amsterdamse parochiekerk terug. De Haarlemse meester-meubelrestaurateur Pol Bruijs herstelde het draaimechaniek dat al lange tijd haperde. De cylinder met de drie compartimenten bleek te draaien over een koperen ring, die door krimping van de houten ondergrond een hobbel was gaan vertonen. Toen Pol de hele kast in zijn atelier uit elkaar gehaald was, bleek er een briefje op de bovenkant van de cylinder geplakt te zijn met de tekst: “Theodorus Hillenaar koekenbakker en zijn huisvrouw Gijsberta van Rhijn, hebben dit tabernakel geschonken op de feestdag van Maria Hemelvaart 1789” met vervolgens de namen van de timmerman, de beeldhouwer en de schilder. Na wat zoekwerk blijkt die Hillenaar koekenbakker op de Voorstraat in Dordrecht te zijn geweest. De vraag is nu dus, hoe dit meubelstuk in Amsterdam terecht gekomen is? De kast draait nu weer als een tierelier en Leonieke Polman heeft een nieuwe marmerschildering aangebracht die past bij de zuilen van de altaaropstand. Kortom: we kunnen we weer een paar eeuwen tegenaan! Op de foto’s: Pol Bruijs bij het kale altaar voordat de kast terug geplaatst wordt; koster Gertjan Arentsen die de ciborie terugzet; en het tabernakel in zijn volle glorie.