Restauratie Report #1: Buitenveldertse Ballingschap

Van eind augustus tot eind november vinden er werkzaamheden plaats aan het interieur van ons kerkgebouw. De progressie zal te volgen zijn via reports. Bij deze de eerste!


Op zondag 18 augustus 2013 vierden we de (voorlopig) laatste dienst in ons vertrouwde huis aan de Ruysdaelstraat – in de voorbeden bad bisschop Dick nog om Gods zegen over onze tijdelijke ‘Buitenveldertse Ballingschap’. Na de dienst hebben we alvast alles dat losgemaakt kon worden van de wanden geschroefd en ingepakt. Daarna was er een gezellige gezamenlijke lunch.

 

Maar de volgende dag, maandag de 19e, ging het pas echt ‘los’: om 08.00 uur stond verhuizer Saan met zijn medewerkers Anne, Bas, Sander en Steven op de stoep, die meteen maar de communiebank van achter in de kerk naar voren reden en tegen de andere communiebank plaatsten. Even na 08.15 later werden zij gevolgd door Patrick van de firma Wittekraan, die een afstandsbediende kraan op rupsbanden de kerk binnenreed. Hiermee werd binnen de kortste keren een tweede handbediende kraan op het orgelbalkon werd getakeld. Met deze ‘handkraan’ zouden de beelden van Johannes en Willibrordus van hun sokkels gelicht worden, om die vervolgens met de grote kraan van Patrick naar beneden te takelen. Na ampel overleg over wat de beste taktiek zou zijn werd het scenario van Sander gevolgd: op twee ‘hondjes’ (kleine karretjes op vier wielen) en in een strop zouden de beelden over de balustrade en naar beneden getakeld worden. En zo geschiedde…

Na de lunch was de beurt aan het klankdeksel boven de kansel. Toen dat eenmaal veilig in een ‘strop’ aan de takel van Patrick hing was het een hoop gedoe om de achterwand, die het deksel en de kuip van de preekstoel met elkaar verbindt, los te schroeven. Zoals te verwachten was de laatste schroef de lastigste… Maar ook die laatste schroef kwam los en toen kon het deksel op vier verhuisdozen geparkeerd worden (zodat de versieringen aan de onderrand niet konden beschadigen) en konden de ornamenten aan de bovenkant worden losgemaakt. Ter plekke hebben we toen besloten deze ornamenten niet mee te geven voor de opslag, maar om ze te houden om ze schoon te maken en in de olie/ was te zetten.

 

Toen moesten de twee grote schilderijen van Determeijer, die boven de deur naar de pastorie hangen, eraan geloven. Deze zijn op het altaar gezet, net als het het Mariabeeld en het gerestaureerde schilderij dat boven de deur naar de sacristie hing. Altaar, schilderijen en beeld worden door de aannemer omkist, zodat alles tijdens het hak-en-breekwerk en het stukken-en-schilderen goed beveiligd zal zijn!

Voordat de beide schilderijen op het altaar geplaatst konden worden bleek er nog één probleempje te zijn: boven op de altaaropstand ligt het Lam Gods op het kruis, en de dwarsbalk van het kruis bleek uit te steken óver de rand van de altaaropstand, waardoor het een gat zou gaan prikken in het schilderij dat daartegen aan zou komen te rusten… Sander (van verhuizer Saan) ging een hoge ladder op om te kijken of ‘dat schaap’ op de één-of-andere manier te verplaatsen viel. Anne (z’n collega): “Kijk je effe hoeveel poten ie heeft? – als ’t er vijf zijn wil ik het graag weten!”… Uiteindelijk bleek ‘het schaap’ naar achteren verplaatst te kunnen worden en zijn de schilderijen veilig op hun plek gekomen.  

 

De volgende dag kon de timmerman beginnen met het omkisten van het altaar, de preekstoel en de koorbanken…

 

Gertjan Arentsen